De datahonger van de overheid
De Limburger, 29 januari 2021
Mijn dochter is het huis uit, dus ik had de afgelopen jaren geen kinderopvang nodig. U misschien ook niet. Wat zouden wij ons dan druk blijven maken over de kinderopvangtoeslagenaffaire? Ze krijgen dertigduizend euro, de gedupeerden, en hun schulden worden kwijtgescholden. Prima. En nu voorwaarts, want er is nog meer te doen in dit land.
Ik – en misschien u ook – maak me intussen wel een beetje zorgen over mijn komende belastingaangifte, gezien de chaos van afgelopen jaar. Zou de belastingdienst u en mij een waarschuwing sturen? Dat doet ze namelijk bij sommige mensen. Mensen die in scheiding liggen krijgen bijvoorbeeld een brief waarin staat dat mensen die gaan scheiden vaak fouten maken. Misschien krijgen wij ook wel zo’n brief, met de mededeling dat mensen van wie de kinderen het huis uit zijn zich vaak vergissen in de aangifte. Maar hoe weten ze dat eigenlijk bij de belastingdienst?
Heel eenvoudig: dat komt doordat zij slimme Big Data-analisten in dienst heeft. Wiskundigen die naar hartelust door de gegevens van alle Nederlanders grasduinen. Ze zoeken in die data naar het gedrag van groepen belastingbetalers. Welke factoren hangen zoal samen met het verkeerd invullen van de inkomstenbelasting? Als blijkt dat het vaker mensen zijn van wie de kinderen de deur uit zijn, dan zou het nuttig zijn als ze u en mij eens wat meer monitoren, om dan vervolgens nog wat meer data over ons te verzamelen en daar dan een geautomatiseerde bewerking op los te laten.
Dan blijkt ineens dat wij de afgelopen jaren een paar steken hebben laten vallen. Waardoor wij te weinig belasting betaalden en nu dus logischerwijs geld moeten terugbetalen inclusief een boete vanwege het verkeerd informeren van de belastingdienst. Wij krijgen ook een brief van het Openbaar Ministerie: het herhaaldelijk foutief invullen van onze aangifte duidt op valsheid in geschrifte, en dat is een misdrijf. We worden voor de strafrechter gedaagd.
U snapt wat ik probeer te doen: ik wil u ervan doordringen dat de toeslagenaffaire geen losse flodder is, geen uit de hand gelopen miskleun. Integendeel. Het afgelopen decennium heeft de overheid Big Data zo gretig omarmd dat niemand echt begrijpt hoe het werkt. ‘De meeste Big Data-systemen van de overheid zijn black boxes,’ schreven onderzoeksjournalisten Maurits Martijn en Dimitri Tokmetzis vijf jaar geleden al in hun veelbesproken boek Je hebt wél iets te verbergen – over de ingrijpende gevolgen van de datahonger naar persoonlijke gegevens van bedrijven en overheden.
De journalisten beschrijven hoe de kluwen aan publieke en private datastromen een verknoopte ‘dataspaghetti’ is geworden. Hoe private partijen voor de overheid algoritmes bouwen die bedrijfsgeheim zijn. Met andere woorden: de overheid heeft zelf geen zicht op het hart van het systeem. Aleid Wolfsen, voorzitter van de Autoriteit Persoonsgegevens, de jonge, onafhankelijke waakhond van onze gegevens, eiste begin deze week van het Inlichtingenbureau – een databedrijf dat gemeenten helpt bij fraudeopsporing – opheldering over hun werkwijze. ‘Het is een dataoceaan waar veel instanties gebruik van maken, maar waarvan niemand weet wat er nu precies gebeurt,’ aldus Wolfsen.
De controle door het parlement waar Pieter Omtzigt terecht zo op hamert wordt gehinderd door een gebrek aan digitale deskundigheid. In december werd ondanks de aanzwellende toeslagenaffaire geruisloos een nieuwe datawet aangenomen. Die wet geeft de overheid vrij spel met onze gegevens: alle publieke en private databronnen mogen aan elkaar gekoppeld worden zonder dat het doel hoeft te worden omschreven. De boodschap is: overheden, ga gerust je gang.
Intussen mist de Autoriteit Persoonsgegevens slagkracht door gebrek aan personeel. Er moet nu snel veel meer geld naar onze waakhond. Dit is het moment.